De paragraaf grondbeleid geeft op hoofdlijnen inzicht in de ontwikkelingen bij het Grondbedrijf. De basis voor deze begroting zijn de jaarschijven 2025 tot en met 2029 en het resultaat van de grondexploitaties bij de Jaarrekening 2023.
Managementsamenvatting
Voor de Begroting 2025 verwachten we een betere financiële positie van het Grondbedrijf dan vorig jaar. De risico's zijn afgenomen en de woningmarkt voor nieuwbouwwoningen heeft zich deels hersteld na een periode van uitblijvende vraag als gevolg van relatief hoge hypotheekrentes. Op basis van de Jaarrekening 2023 is het de verwachting dat de omvang van de Algemene Reserve Grondbedrijf (in het vervolg van deze paragraaf te lezen als ARG) per 1-1-2025 circa € 7,2 miljoen zal bedragen, hierin nog niet meegenomen dat een deel van de risico's binnen de ontwikkelportefeuille zich kunnen voordoen en een effect op de omvang van de ARG kunnen hebben. Het risicoprofiel van het grondbedrijf bedraagt momenteel € 15,6 miljoen bij een zekerheidspercentage van 75%. Dat is € 1,85 miljoen hoger dan bij de Jaarrekening 2023, mede als gevolg van het openen van de grondexploitaties Karel Doormanweg en Spuiboulevard. De omvang van de ARG is momenteel onvoldoende groot om de risico's binnen het grondbedrijf op te vangen.
Het totaal van exploitatieresultaten en risico's laat een vermogenspositie per 1-1-2024 zien van € 13,2 miljoen positief. Een jaar eerder (1-1-2023) bedroeg de vermogenspositie € 12,5 miljoen negatief. De verbetering is voor een groot deel het gevolg van een lager risicoprofiel voor het grondbedrijf, vooral door verbeterde vooruitzichten op de woningmarkt en verwachtte risico's die zich hebben voorgedaan. Verder is in 2023 € 15 miljoen vanuit het jaarrekeningresultaat 2022 in de reserve gestort wat ook heeft bijgedragen aan de verbetering van de vermogenspositie. Tot slot is sprake geweest van projectspecifieke mee- en tegenvallers. Hierover is gerapporteerd in de Prognose Grondbedrijf 2024.