Onderstaand renteschema geeft inzicht in de rentelasten van externe financiering, het renteresultaat en de wijze van rentetoerekening.
Bedragen x € 1.000 | ||||
Overzicht rente Begroting 2025 | 2025 | 2026 | 2027 | 2028 |
a1. De externe rentelasten over de lange financiering | 7.334 | 7.891 | 7.764 | 7.416 |
a2. De externe rentelasten over de korte financiering | - | - | - | - |
b1. De externe rentebaten | -4.153 | -2.415 | -2.181 | -1.907 |
Totaal door te rekenen externe rente | 3.181 | 5.476 | 5.583 | 5.508 |
c1. De rente die aan de grondexploitatie moet worden doorberekend | -3.322 | -1.844 | -1.239 | -1.241 |
c2. Resultaat projectfinanciering | 829 | 23 | 18 | 12 |
Saldo door te rekenen externe rente in renteomslag | 688 | 3.656 | 4.361 | 4.279 |
d1. (Bespaarde) rente over eigen vermogen | 13.375 | 12.732 | 11.976 | 11.811 |
d2. Rente over voorzieningen (gewaard. op contante waarde) | - | - | - | - |
De aan taakvelden (programma’s incl. overzicht Overhead) toe te rekenen rente | 14.063 | 16.388 | 16.337 | 16.090 |
e1. De werkelijk aan taakvelden toegerekende rente (obv afgerond percentage) | -14.063 | -16.388 | -16.337 | -16.090 |
e2. Stelpost i.v.m. vertraging uitvoering investeringen vorig dienstjaar | - | - | ||
Renteresultaat op het taakveld treasury cf. BBV | - | - | - | - |
f1. Toegerekende rente aan financiële vaste activa (binnen het taakveld treasury) | 794 | 794 | 794 | 794 |
f2. Dividenden en winstuitkeringen op taakveld treasury (buiten renteomslag) | -6.004 | -9.956 | -9.902 | -9.902 |
f3. (Bespaarde) rente over eigen vermogen (d1. extracomptabel) | -13.375 | -12.732 | -11.976 | -11.811 |
f4. Correctie i.v.m. afwijking & grondexploitaties (c2. extracomptabel) | ||||
Saldo taakveld 0.5 treasury | -18.585 | -21.894 | -21.084 | -20.919 |
Toelichting:
a1.
Dit zijn de werkelijke rentekosten van de huidige leningenportefeuille.
b1.
Dit onderdeel betreft de rentebaten. Hieronder valt de rente die ontvangen wordt over uit- en doorgeleende gelden, waaronder Trivire, Yulius en leningen in het kader van het stimuleringsfonds volkshuisvesting (SVN) en monumentenherstel (NRF). Per saldo wordt een stijging van het uitstaand saldo in 2025 verwacht, met name door de storting van de leningen aan CKV Oranje Wit en V.V. Dubbeldam. Er zal nog steeds sprake zijn van overliquiditeit. Deze geven rentebaten. Het saldo zal echter wel afnemen en het te ontvangen percentage ook. Voor wat betreft het percentage geldt de volgende aanname: 2025: 2,7%; 2026: 2,2%; 2027: 2,2%; 2028: 2,2%. Het tarief begin augustus is 3,65%. In 2025 verwachten we € 2,2 miljoen, in 2026 € 519.000, in 2027 € 354.000 en in 2028 € 150.000 rente te ontvangen op de tegoeden op de schatkistrekening bij het Rijk en op de rekening courant bij de BNG. De werkelijkheid zal altijd afwijken.
c1./c2.
De rentenotitie van de commissie BBV is in 2023 gewijzigd. Daarmee wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen de omslagrente die aan de integraal gefinancierde activa dient te worden toegerekend en die welke voor de grondexploitaties geldt (uitgezonderd facilitaire grondexploitaties, maar deze zijn voor Dordrecht niet van toepassing). Voor het project Dordthuis is in de beginfase financiering aangetrokken. Door vertraging in de bouwwerkzaamheden wordt een deel van de gestorte lening pas later benut. De betaalde rente op de lening wordt echter wel al toegerekend. Als gevolg van deze vertraging, is er een hogere liquiditeitspositie ontstaan, waarop wij rente ontvangen. Om een realistisch beeld te hebben van de werkelijke projectkosten, is de ontvangen rente over het volume van de aangetrokken lening dat nog niet is benut, toegerekend aan het project. Deze rente is niet slechts boekhoudkundig, maar wordt ook daadwerkelijk ontvangen. Deze methodiek is afgestemd met de accountant. Het te vergoeden bedrag is opgenomen onder c2. om het eenvoudig inzichtelijk te maken.
d.
Bespaarde rente over het eigen vermogen.
e1.
Het totaal van toe te rekenen rente wordt gedeeld door de waarde van alle activa dat integraal gefinancierd is. Het vastgestelde percentage wordt toegerekend aan alle taakvelden op basis van de waarde van de bijbehorende activa. Het verschil (door de afronding van het percentage), wordt zichtbaar als renteresultaat op het taakveld treasury. Hogere omslagrente zorgt voor een hogere toerekening aan de gemeentelijke activa en daarmee een positiever renteresultaat voor treasury. Vanwege de hoge liquiditeitspositie en de hoge rente die daarop naar verwachting wordt ontvangen, is het berekende renteomslag percentage overigens laag. Voor 2025 wordt uitgegaan van 2%, dat dus ook voor de grondexploitaties geldt.
e2.
De werkelijk toe te rekenen omvang is afhankelijk van gerealiseerde investeringen per 1-1 van het boekjaar. In de basis wordt ervan uit gegaan dat alle begrote investeringen van het lopende jaar ervoor worden gerealiseerd. De praktijk leert dat daar enige vertraging in zit. Het gevolg is dat de toe te rekenen rente en de boekwaarde niet meer in pas lopen.
f1./f2.
Binnen het taakveld treasury is een aantal lasten en baten opgenomen die buiten de renteberekening vallen. Om aansluiting te krijgen op het taakveld zijn deze onder de renteberekening toegevoegd. De lasten betreffen de omslagrente die toegerekend wordt aan de deelnemingen Stedin en Evides. De baten bestaan met name uit dividenduitkeringen van die partijen en een winstuitkering op een aflopende langdurige belegging.
f3
Bespaarde rente over het eigen vermogen.